Dag 4 Orsmaal

18 maart 2016

Vandaag een grijze dag maar elke dag dat het niet regent is meegenomen. Vanmorgen in de Pelgrim in Scherpenheuvel op tijd wakker geworden. Ik werd verwend met brood, fruit vele soorten beleg en allerlei soorten warme en koude dranken. Hier was het goed vertoeven en vooral de stilte was heerlijk.

Tegen negen uur ben ik richting Kortenaken gewandeld en daarna via zoutleeuw naar Orsmaal gemeente Linter. 

De eerste bloesem heb ik in een de wilde kers zien staan. Je loopt hier door een streek waar voornamelijk fruitteelt is en je ziet de knoppen van de bomen op springen staan (als dat maar niet te vroeg is.

  1. Vandaag weer allerlei leuke mensen ontmoet, in de buurt van Assent moest ik een redelijke heuvel op en ik dacht onderaan .. Even moed verzamelen, terwijl ik daar op een bankje zat kwam er een man en sprak me aan waar ik mee bezig was. Nou zei ik dat vraag ik me ook af hihi. Zijn tervuurse herder heet José, ik zei grappig. Dat  begreep hij niet , sommige van mijn vrienden wel. De man had nog hele verhalen te  veel om op te schrijven. Nadat ik hem een goede dag gewenst had en hij mij een  goede reis, liep ik de heuvel op en bovenaan de heuvel sprongen plots 2 vechtende eekhoorns het pad op toen ze mij zagen was de ruzie snel over en maakte ze dat ze  wegkwamen.  
  2. In de middag had ik zin in koffie en eindelijk vond ik een oud café met zo mogelijk een nog ouder vrouwtje binnen. Ik vroeg haar om koffie, ze haalde haar enorme wenkbrauwen op en zei, nee meneer geen koffie hier. Drink maar een trappist dat doet onze ganse familie altijd. Ik had dorst dus ik zei ja, doe er maar eentje. Vol overgave en met getrainde hand schonk ze een trappist voor me in. In het midden van het kleine café ronkte de kachel en al snel had ik mijn jas uit. En waar komt gij vandaan zei het oude vrouwtje. Ik kom van Eindhoven, zei ik. Daar ben ik nogemenooitvanzeleve geweest zei ze. Ik ben al sinds 1947 hier in het café en nognooitnergesgeweest. En wor godde naartoe vroeg ze? Ik zei mijn eindbestemming en terwijl ik aan mijn trappist slurpte zag ik haar hoofdschuddend denken. Ik ben maar alleen vervolgde ze het gesprek. Vroeger waren er hier 17 cafees in de straat en nu ben ik nog de enigste, het ga nie goe zeg ik u, terwijl ze met haar duim en wijsvinger over elkaar wreef. Ik slurpte nog eens aan mijn trappist. Na mij is er niemand meer, mijn ouders zijn dood en mijne vent is dood en vorig jaar heb ik de laatste van mijn 6 kinderen begraven. Ik zei och och wat erg en die dronken allemaal trappist. Ze fronsten haar grote wenkbrauwen. Ik vroeg de rekening en ze zei die heb ik niet geef maar 2 euro.CIMG0590
  3. Deze hing er ook al lang

Foto’s